
Nee, niet op het water. We zijn met een bus naar Oostenrijk, naar het Lechtal. Het is weer eens wat anders. We zijn ‘georganiseerd’ aan het wandelen in de sneeuw. We moeten ons voegen en ons aanpassen aan de groep, samen in de bus, samen eten, hetzelfde hotel, een beetje socialiseren, allemaal zaken die we niet erg gewend zijn. Gelukkig krijgen we veel vrijheden. Onze reisleidster, een voormalig binnenvaart-schipperse die met haar man de wateren in Nederland, België en Noord-Frankrijk bevoer, bestiert de groep met duidelijke instructies en veel gezag, zonder ons te betuttelen, prima mens. Afgezien van twee koppels die duidelijk jonger zijn, bestaat de groep van wandel-lustigen uit voornamelijk grijsgelokte ouderen die nog redelijk vlot ter been zijn, waaronder ondergetekende.

De eerste kennismaking met een groepslid verliep verwarrend. In het trappenhuis van het hotel waar we de nacht vóór het vertrek met de bus verbleven, maakten we kennis met Tom. Dat we naar hetzelfde hotel in Oostenrijk zouden gaan, bleek pas nadat we erachter kwamen dat we een verschillende touroperator hadden maar wel naar het zelfde hotel in Stanzach gingen. De man oogde wat verstrooid en zijn goedige honden-ogen deden mij denken aan het beeld van een gepensioneerde professor in oude talen. Later ontdekten we bij navraag dat we het mis hadden. Hij was verpleger en later manusje van alles en boekhouder. Uiterlijk wil niet alles zeggen. Dat ik onze reisleidster aanvankelijk inschatte als directrice van een autobanden-bedrijf bleek ook al niet te kloppen.
Tom’s vrouw bleek een vasthoudend type. Terwijl wij op de gang in ons hotel in Stanzach, voor de deur van onze kamer stonden, de handen vol met jassen, wandelstokken en een fles witte wijn in een koeler, die dreigde weg te glippen van onder mijn arm, hield zij (haar man Tom kende haar al langer en liep schielijk weg) een uitgebreid betoog over de genoegens van het gebied waar we nu waren. Kennelijk had zij niet door dat we popelden om onze kamer binnen te gaan. Eveneens moest ze kwijt dat ze slecht ter been was en eigenlijk helemaal niet mee kon wandelen. En omdat ze binnenkort een nieuwe knie zou krijgen, had ze zich in de Konditorei in een stadje verderop van een stempelkaart voorzien, om er iedere dag Kaffee mit Kuchen te gaan eten, met haar man. Toen ze ook nog ging vertellen hoe goedkoop het was om met de trein naar Oostenrijk te gaan en hoe goed het hotel wel niet was, wist ik schoorvoetend uit te brengen dat de wijn me uit de armen begon te glippen en dat we erge dorst hadden, waarop ze inzag dat verdere aanbevelingen aan ons niet besteed waren en in de voetsporen van haar man afdroop naar hun kamer. Terloops deelde ze met een grote grijns nog even mee dat ze morgen de bank gingen beroven…..
Gisteravond, bij het diner, waren we beide even in shock, ik iets anders dan Nienke, maar dat heeft meer te maken met een verschillende kijk op gender. Het meisje dat ons vroeg wat we bij het eten wilden drinken was nieuw en stond plots in volle glorie bij onze tafel. Ook zij was net als de andere serveersters in een wit Tiroler niemendalletje gekleed, zij het met wat minder tierelantijntjes aan haar kostuum. Terwijl ze enigszins voorover staand probeerde op te schrijven wat we wilden, etaleerde ze haar ronde, nogal bleke borsten, losjes hangend in haar hangmat-topje. Per ongeluk bestelde ik bijna 2 glazen bier voor mezelf. Het meisje was extra schattig door de twee roodharige vlechten die beiderzijds parmantig uit haar hoofd naar buiten hingen. Om het één en ander meer pit te geven, wat ik nauwelijks nodig vond, had ze haar ogen extra zwart omlijst en haar donkerrode lippen geaccentueerd met een nog wat donkerder lijntje, waardoor ze van kunststof leken te zijn gemaakt. Het huidige schoonheidsideaal met veel make-up en aangezette, soms getatoeëerde wenkbrauwen kan me niet bekoren, evenals het toenemend gebruik om je huid, als een soort levend behang, met exotische bloemmotieven, Chinese spreuken of religieuze symbolen te versieren.

Het is een mooi rustig gebied waar wij vertoeven. Wandelen is hier de corebusiness. In de zomer ook een prima gebied voor een fietstocht . Lermoos en Ehrwald zijn de bekendere plaatsen niet ver van hier, waar in de winter veel wordt gelanglauft en gewandeld aan de voet van de Zugspitze.

We troffen het met het weer in het eerste deel van de week. De uitgezette routes zijn over het algemeen goed voor wandelen geprepareerd en elke dag worden we met de bus naar het begin van de wandeling gebracht, heel luxueus. Het is best aardig dat behalve de reisleidster ook de buschauffeur op deze reis meeloopt, van wie ik, volgens een medewandelaar, gezien zijn uiterlijk wel een broer kon zijn. Aan het begin van iedere dag wordt duidelijk afgesproken om na de wandeling op een bepaalde tijd weer bij de bus te zijn voor de terugtocht naar het hotel.
Vandaag en morgen valt er poedersneeuw en is het zicht beperkt. Het lopen in de bergen is heerlijk. Zelfs met sneeuw. We lopen verder dan we dachten aan te kunnen, nog twee dagen…..
