Over zwarte korrels, fruit en een ruig tochtje


Hij laat ze me zien, het grote luik geopend. In het diepe ruim van de vissersboot zie ik een berg zwarte knikker-grote korrels liggen, die met de kraan op het achterdek opgelepeld en uitgestrooid kunnen worden. De visser, die oogt als een gemoedelijke teddybeer op mensen- formaat legt me in goed Engels uit waar die zwarte korrels voor dienen. Het is ‘Fishfood’, voer voor zalmforellen in de kweeknetten verder op zee. Een mengsel van vismeel, visolie en garnalenschalen, een soort kracht-kaviaar voor de kweekforellen. Het is de bedoeling dat die zalmforellen krachtig en liefst snel groeien. Op mijn vraag wat er dan nog meer in het voer zit, zegt hij dat dat alles is. ‘Geen antibiotica?’ ‘ Nee, geen antibiotica, niet meer. Tegenwoordig worden de zalmforellen in de winter gevaccineerd’. Ik probeer me voor te stellen hoe dat gaat, gedachtig aan hoe ik als jonge huisarts op het consultatiebureau op een middag 100 kinderen moest inenten, de dierenarts op een stoel met naast zich de klaargelegde spuitjes en een visser die telkens met een zalmforelletje komt aandragen voor een prikje in zijn flank. Als hij de prik overleeft, wordt hij snel in een bak zeewater gemikt om bij te komen van zijn tijdelijk verblijf op het droge. Het lijkt me een omslachtige procedure. Ik zal nog eens verder informeren hoe het precies in werkelijkheid gaat. De gekweekte volwassen zalmforel wordt zijn leven ontnomen, schoongemaakt en gerookt voor de export. Rusland, Japan en de Lidl zijn grote afnemers. Ik moet zeggen, ik vind het lekkere vis. Erg licht verteerbaar en de smaak neigt naar die van licht gerookt paling. Of de visjes het zelf waarderen om zo ‘opgevoederd’ te worden weet ik niet. Dat we veroordeeld worden steeds meer kweekvis te gaan eten is zo goed als een feit. Er wordt nog steeds te veel wilde vis uit de zee geplukt.  Ik kreeg zin in een verse zalmforel en vroeg hem waar ik die kon kopen op Fejø. Een eiland dat leeft van appels en peren schijnt daar niet mee te harmoniëren. ‘Nee, geen verse vis te koop op dit eiland.’ Hij keek er schuldbewust bij.  Aan de andere kant van het het eiland hebben we plaatsvervangend een Cideri bezocht. Van de locale appels wordt hier volgens Normandisch recept, cider gebrouwen. We laten ons twee flessen cider aansmeren, waar we achteraf een beetje spijt van hebben. Een beetje laf van smaak. De cider mist de pittige frisse toets die we van de Franse cider kennen. 

Met de fietsen van de haven peddelen we naar de uiterste oostelijke punt van Fejø. Bo en Nienke kunnen de verleiding van het warme zeewater niet weerstaan. Ik ben bang voor de Baltische haai, dus ik blijf oppassen vanaf de wal. Er is geen mens te bekennen dus Bo en Nienke gaan in natura te water. Net op tijd, want nauwelijks uit het water of er verschijnt een shovel die van plan is het strand van wier en stenen te ontdoen. Het uitzicht van af dit eiland is grandioos. Femø en Askø zijn duidelijk zichtbaar. Het water heeft alle tinten van bruin-grijs tot azuur-blauw.

Het mooie maar winderige weer houdt aan. De haven loopt vol met Nederlandse zeilers. Als eindelijk de wind wegvalt, zouden we als harde wind-vrezende motorboot-vaarders nu moeten gaan varen, maar het is te leuk om met onze vrienden die met hun zeilschip langs op Fejø komen, het eiland gevoel te delen. Misschien hadden we die windstille dag moeten pakken, of was het beter geweest nog een dag langer op het eiland te blijven? Vandaag zou er een windje 4 Bft staan. Moet kunnen en langer blijven was onze eer te na met al die stoere zeilers in de haven. Het werd een onstuimig tochtje. 3 van de 4 uur varen hadden we de wind en de golven schuin van achter uit het Noord-Westen. Tussen de eilanden Fejø en Femø kwam een bult wind, waar we niet echt op gerekend hadden. De golven waren niet eens zo hoog, ik schat ongeveer een meter, maar onze koerslijn, tussen een paar ondieptes door, was niet direct de meest gunstige. Door het rollen in de golven kreeg Bo de kans om te leren vliegen en moest daarbij zijn best doen om de huisraad die meevloog te ontwijken. Eenmaal in de Guldborgsund kwamen de golven recht van achteren en werden ze langzamerhand vlakker. Een mooi stuk Denemarken, de Guldborgsund in naar Nykøbing en Gedser. Het deed ons denken aan de River Deben aan de oostkust van Engeland. 
In Nykøbing hebben we in de Lidl onze leeftocht aangevuld met heerlijkheden die een varensgast na enige tijd node gaat missen. Ik zal geen details geven……


Met het motorgeluid van een heipaal in de boot vertrekt deze mooie houten kotter uit Fejø.

Onbekend's avatar

Auteur: Rob en Nienke Peters

Gepensioneerd echtpaar dat met respectievelijk hun zeilschip en hun motorboot voer naar bij voorkeur Noordelijke bestemmingen, Oostzee en de binnenlandse wateren van Europa. Sinds de verkoop van de motorboot, eind 2023, maken ze per Camper reizen door Europa.

2 gedachten over “Over zwarte korrels, fruit en een ruig tochtje”

  1. Heel leuk, Rob. Ook al omdat we er zelf in voorkomen. Ja, ik moest aan jullie denken toen we zelf die bult wind kregen van opzij. Overgens dient huisraad natuurlijk zeevast gestouwd en weggeborgen te zijn maar dit terzijde. We hebben wel met Bo te doen. Ik zei het al, een hond aan boord is dierenmishandeling. Gelukkig krijgt hij goed te eten zoals we gezien hebben. Het was heel leuk met jullie op Fejø.

    Like

  2. hallo Bo, hier je dierenartsen. Wij volgen jouw avonturen met enige zorg. Gelukkig hebben jouw baasjes wel een leuke vakantie. Rob en Nienke wij volgen jullie avonturen met veel plezier. Ziet er erg mooi uit.
    Groetjes Reinder en Mirella

    Like

Plaats een reactie