Wat als er iemand uit de mast valt en wat als iemand een blinde darmontsteking krijgt? En wat als er een epidemie aan boord uitbreekt? Dit zijn slechts een paar van de vele vragen die bij me opkomen. Ik besef, nu de reis dichterbij komt, dat mijn verantwoordelijkheid best groot is. Zoals ik al vermeldde, is mijn kennis over de diagnostiek best in orde. Eerder maak ik me zorgen over de beperkte mogelijkheden om in te grijpen. De boordapotheek bevat slechts het hoogst noodzakelijke, een medisch pakket samengesteld volgens internationale regels. Op advies van een collega huisarts en mijn apotheker neem ik een paar extra medicijnen mee naast de voorraad medicijnen die mee moeten als aanvulling. 40 kilo bagage mag ik als aspirant scheepsarts en “zeevarende met een monsterboekje” in het vliegtuig meenemen. De medicijnen worden verpakt met een pakbrief van de rederij, waarin staat wat er in zit en waar de medicijnen naar toe gaan. Dit alles om te voorkomen dat ik wegens drugshandel in een Cubaanse gevangenis beland en tot het communisme wordt bekeerd met behulp van beproefde hersenspoel-technieken. In Cuba moet ik eveneens een retour-ticket laten zien om te bewijzen dat ik het land weer verlaat. Wel enigszins merkwaardig, als je bedenkt dat er steeds meer Cubanen het land ontvluchten nu het ineens mag. Een buitenlander erbij lijkt me juist een welkome aanvulling op de bevolking of hebben ze misschien een bevolking-overschot in Cuba, waarbij een mindering van het aantal mensen eigenlijk de bedoeling is? Mijn zoon Jeroen zal Cuba, na zijn taak als stuurman te hebben afgerond, gedurende twee weken gaan verkennen. Een reisje waarop ik hem helaas niet kan vergezellen, omdat het schip 2 dagen later al weer vertrekt. Het gebied van de Bahama’s dat we vanaf Cuba doorkruisen is ondiep. Gisteren sprak ik een medewerker van een Duits cartografie bedrijf dat er vorig jaar metingen had gedaan en van Jurgens van de rederij hoorde ik dat ze de splinternieuwe kaarten net aan boord hadden gekregen. Volgens die Duitse medewerker is het gebied nog niet echt gedetailleerd in kaart gebracht. De grote scheepvaart vermijdt dit gebied meestal. Ingo en Adriaan nemen als respectievelijk kapitein en eerste stuurman de taak over van de huidige leiding. In Panama is er al een crew-wisseling geweest. Op Panama heeft het schip ruim 2 weken stil gelegen voor onderhoud en inslaan van proviand. De leerlingen zijn onder leiding van de leraren aan land gegaan voor een project in het binnenland. Wat dat precies inhoudt weet ik niet, maar hoop dat te horen als ik aan boord ben. Het is prettig dat de vorige scheepsarts van alle bemanningsleden, de leraren en de kinderen een medisch dossier heeft gemaakt, waarin ik kan nalezen wat er tot nu toe met een ieder is gebeurd op medisch vlak. Ik moet nog uitzoeken wat ik allemaal mee moet nemen aan kleding, schoeisel en verdere noodzakelijkheden.
In Nederland is het zo!
Voorbereiding 3

